Antwoord op: Allemaal Appels
In de grote hoop zitten evenveel grote appels van een kwart euro per stuk (van mevrouw Jansen) als kleinere van een zesde euro per stuk (van mevrouw Klaassen). De gemiddelde prijs is dus (1⁄4 + 1⁄6) / 2 = 5⁄24 euro. Maar de appels worden verkocht voor 1⁄5 euro per stuk (5 voor 1 euro). Per verkochte appel is er dus een tekort van 5⁄24 - 1⁄5 = 1⁄120 euro. Het totale tekort is 3,50 euro, dus bezaten de dames samen 420 appels. Die leveren 1⁄5 × 420 = 84 euro op, dus bij gelijke verdeling voor elk 42 euro. Had mevrouw Jansen haar 210 appels zelf verkocht, dan had ze 52,50 euro ontvangen.
Conclusie: mevrouw Jansen komt er dus 10,50 euro op tekort.
Terug naar de puzzel